Na een revisie moet een motor eerst in een testopstelling gestart worden alvorens deze ingebouwd wordt. Dit om te vermijden dat een motor met defecten toch in de applicatie geplaatst wordt en nadien terug moet verwijderd worden. Een inbouw kan immers dagen in beslag nemen. Revisiebedrijven krijgen meer en meer te maken met motoren die niet meer kunnen gestart worden als de motor ECU niet alle nodige signalen binnenkrijgt van de applicatie waarin de motor is ingebouwd. Tot voor kort kon hier met eenvoudige maatregelen, als het aankopen van een dashboard, aan verholpen worden. Echter bij de nieuwste generatie motoren is dit niet meer voldoende. De ECU moet “denken” dat hij in zijn toepassing zit anders zal de ECU in een soort noodprogramma gaan of helemaal niet meer kunnen starten.

Binnen dit project willen we dan ook alle data communicatie via CAN, nodig om de ECU de motor te doen starten en in normaal regime te laten draaien, analyseren en nabootsen. Het ruimer doel is om vanuit één case tot een meer algemene methodologie te komen die de revisie bedrijven toelaat zelf de nodige stappen te doorlopen om een motor buiten zijn toepassing gestart te krijgen.